Voor de mop druk je op de GROENE PLUS.
Weet jij zelf een leuke mop laat het ons weten via het formulier onderaan de pagina.
Bretels
Een tomaat met bretels!
Maar een tomaat is toch rood?
Ja, maar zijn bretels zitten te strak.
Leeuwen in de woestijn
Twee leeuwen lopen door de woestijn. Zegt de ene leeuw tegen de andere: ‘Pff, wat is het warm hier!’ Zegt de andere leeuw: ‘Doe je dikke vacht dan even uit!’
Even tanken
Er komt een muis bij de benzinepomp. De muis zegt tegen de pomp: ‘Ben jij een robot?’ De pomp zegt niks terug. De muis zegt nog een keer: ‘Ben jij een robot?’ De pomp zegt weer niks terug. Dan zegt de muis boos: ‘Haal die vinger eens uit je oor, dan hoor je tenminste wat ik zeg!’
IJsjes
Twee oenen eten een ijsje. Zegt de ene oen tegen de andere: ‘Er zit een mier op je ijs.’ Dan zegt de andere oen: ‘Ik laat hem wel even genieten van zijn wintersport!’
Artis
Een man stapt de bus in en vraagt aan de buschauffeur: “Gaat u naar Artis?” -Nee zegt de buschauffeur, “ik moet gewoon werken”
Twee koeien zitten in bad
Twee koeien zitten in bad. Zegt de ene koe: ‘Lekker warm bad, hè?’ Zegt de andere koe: ‘Ja, alleen krijg ik die zwarte vlekken er maar niet af!’
Fons zit op de fiets
Fons zit op de fiets en plotseling wordt hij aangehouden door een agent. ‘U heeft geen licht, de remmen zijn stuk en er zit geen spatbord op uw fiets. Dat gaat u vijftig euro kosten!’ ‘Dat is goed’, zegt Fons. ‘Maar dan moet hij wel morgen klaar zijn!’
Onderbroekenlol
Er liggen twee onderbroeken naast elkaar in de wasmand.
Zegt de ene onderbroek tegen de andere: ‘Wat ben je bruin, ben je soms op vakantie geweest?’
Twee slakken willen oversteken
Twee slakken staan op de stoep. De ene slak zegt tegen de andere: ‘Kom, we steken over.’ Zegt de andere slak: ‘Nee, niet doen! Volgende week komt er een bus voorbij!’
Rond klaslokaal
Jantje komt uit school en zegt tegen zijn moeder: ‘Mama, ik wou dat we een rond klaslokaal hadden.’ ‘Waarom dan?’ vraagt haar moeder. ‘Omdat ik dan nooit meer in de hoek hoef te staan!
Misselijk
Twee kikkers zitten in de achtbaan.
Zegt de ene kikker tegen de andere: ‘Voel je je wel goed?’ Zegt de andere kikker: ‘Ja hoor, waarom vraag je dat?’ ‘Nou, je ziet een beetje groen!’
Ontslag
De juf vraagt aan de schooldirecteur: ‘Waarom wilt u mij ontslaan? Ik heb toch niets gedaan!’ Waarop de directeur antwoordt: ‘Daarom juist!’
Goochelaar
Krant: ‘Wat is uw beroep?’
Man: ‘Ik ben goochelaar?’
Krant: ‘Wat is uw beste truc?’
Man: ‘Meisjes doormidden zagen.’
Krant: ‘Is dat moeilijk?’
Man: ‘Nee, dat kon ik als kind al.’
Krant: ‘Heeft u ook zusjes?’
Man: ‘Ja, zeseenhalf.’
Hoge koorts
Nathalie: ‘Dokter, kom gauw! Mijn zoon Ray heeft koorts!’ Dokter: ‘Hoog?’ Nathalie: ‘Nee, we wonen op de tweede etage.’
Stinkend rijk
Juf: ‘Sietse, je zou echt eens in bad moeten gaan.’ Sietse: ‘Nee hoor, ik word later namelijk stinkend rijk!’
2 oenen
Twee oenen doen verstoppertje. Zegt de ene oen tegen de andere: ‘Verstop je in de kast. Daar vind ik je nooit!’ De andere oen dat wat hem gezegd wordt. Na tien minuten hoort hij de ene oen roepen: ‘Kom maar uit die kast. Ik kan je niet vinden!’
Oen naar de ruimte
Een oen gaat met een raket de ruimte in. ‘En,’ vraagt een verslaggever, ‘waar gaat de reis naartoe?’ ‘Ik ga naar de zon’, zegt de oen. ‘Naar de zon?’ vraagt de verslaggever verbaasd. ‘Maar daar is het toch veel te heet? Bent u niet bang dat de raket zal smelten?’ ‘Nee, hoor’, antwoordt de Belg. ‘Ik ben niet gek. Ik ga natuurlijk ’s nachts!’
Tekenles
De tekenleraar vraagt aan Fons: ‘Wat heb je getekend?’ Fons antwoordt: ‘Deze tekening stelt een grazende koe voor, meester.’ Tekenleraar: ‘Waar is het gras dan?’ ‘Dat heeft de koe opgegeten, meester’ ‘En waar is de koe dan?’ ‘Denkt u nou echt dat een koe in een wei blijft staan waar helemaal geen gras meer is?’
Ziek
Zegt de zon tegen de maan: ‘Volgens mij ben ik ziek, ik voel zo warm aan!’
Snackbar
Er komt een oen binnenlopen en zegt: ‘Dokter, ik kan de laatste tijd niet meer zo goed zien.’ ‘Dat klopt meneer, u staat hier namelijk in de snackbar!’
Afvallen
Een vrouw zegt tegen haar man: ‘Ik wil graag afvallen.’ Zegt haar gemene man: ‘Dan moet je meedoen aan een missverkiezing, want dan val je als eerste af.’
In een boom
Er zitten drie jongens in de boom. Nummer één zegt alleen maar: ‘Ja ja ja ja ja ja.’ Nummer twee zegt alleen maar: ‘Met mes en vork, met mes en vork!’ En nummer drie zegt alleen maar: ‘Olé, olé, olé!’ Dan komt er een agent aan en hij vraagt: ‘Hebben jullie iemand vermoord?’ Nummer één zegt: ‘Ja ja ja ja ja ja.’ De agent vraagt dan: ‘Hoe hebben jullie dat dan gedaan?’ Nummer twee zegt: ‘Met mes en vork, met mes en vork.’ ‘Oké,’ zegt de agent, ‘dan gaan jullie nu de gevangenis in!’ Zegt nummer drie: ‘Olé, olé, olé!’
Pony
Twee meisjes lopen over straat. Zegt het ene meisje tegen het andere: ‘Wat heb jij een leuke pony!’ Zegt het andere meisje: ‘Huh, hoezo? Ik ga morgen pas een pony kopen!’
De klant heeft altijd gelijk
Een baas wordt boos op zijn bediende. ‘Geef de klant altijd gelijk’, zegt hij. ‘Ja, baas’, antwoordt de bediende. Dan vraagt de baas: ‘Trouwens, waar hadden jullie ruzie over?’ Zegt de bediende: ‘De klant zei dat hij jou een oen vindt!’
Duizendpoot
Een mier en een duizendpoot gaan samen uit eten. De mier moet lang wachten, want de duizendpoot is bijna een uur te laat. Hijgend komt de duizendpoot uiteindelijk binnen: ‘Sorry dat ik zo laat ben, bij de deur stond een bord met “Verplicht voeten vegen”!’
2 leeuwen lopen door Amsterdam
Twee leeuwen lopen door het centrum van Amsterdam. De ene leeuw kijkt eens goed rond en vraagt vervolgens: ‘Zeg, waar zijn alle mensen eigenlijk gebleven?’
Vis bij de dokter
Er komt een goudvis bij de dokter. De dokter werpt één blik op hem en zegt: ‘Ik zie het al. Uit de kom.’
Boe
Twee koeien staan samen in de wei. Plotseling roept de ene koe: ‘Boe!’ De andere koe kijkt haar aan en zegt kalm: ‘Ik had je al gezien, hoor.’
Stampen
Een olifant en een muis lopen samen over straat. De muis zegt tegen de olifant: ‘Wat stampen we lekker hard, hè?’
Niet praten tijdens het eten
De vader en een zoon zaten aan tafel te eten.
De zoon vraagt: “pap?”
De vader antwoord “niet praten tijdens het eten”. Na het eten zegt vader: “zoon wat wou je
me vertellen?”En de zoon antwoord: “toen je de appel ete zat er een kleine
spinnetje erop met een paar eitjes”.
Hovercraft
Een vader en zijn zoon staan langs de kust
Zoon: Kijk papa; een boot
Vader: Dat is geen boot jongen, maar een hovercraft
Zoon: Ehm papa, hoe spel je hoeverkraft?
Vader: Je hebt gelijk het is een boot
Samen roepen
Twee oenen zijn aan het verdrinken. Opeens zien ze een man langslopen… De ene oen roept heel hard: “Help!” Maar, de man hoort hen niet. Dan zegt de ene oen tegen de andere: “Laten we samen roepen”. Okee: “Samen, samen!!”
Zusje
Moeder vraagt aan Jantje of hij boodschappen wil gaan doen. Jantje gaat op pad met zijn zusje en boodschappenlijstje. Onderweg van de supermarkt naar huis valt zusje in de sloot. Als Jantje thuis komt vraagt moeder: waar is je zusje? Hoezo, zegt Jantje: die stond toch niet op het lijstje!
Hoi haai
Er zwemt een haai in de zee en hij komt een hooiberg tegen.
Zegt die haai:”Haai!”
Zegt die hooiberg:”Hoi”
Zwerver
Er zitten 2 zwervers op een bankje. De ene zwerver legt z’n muntje op het bankje. De andere zwerver vraagt: ‘waarom leg je je muntje op het bankje.’ Dan zegt de ander: ‘Ik wilde eens voelen hoe het is om geld op de bank te hebben.’
Vuurtje
Twee oenen willen vuur maken. Zegt de ene oen tegen de ander: ‘Weet je zeker dat de lucifers het doen?’ Zegt de andere: ‘Ja hoor ik heb ze allemaal uitgeprobeerd!’
Cactusssssss
Twee ballonnen vliegen door de woestijn zegt de ene tegen de ander: “kijk uit een cactussssssssssssssssssssssss”
Borrelnootje
Twee borrelnootjes lopen over straat. Zegt een tegen de ander: “Hoe gaat het met je?” Zegt de ander: “Niet goed. Ik heb morgen een feestje!”
Skelet
Een skelet loopt naar de bar en vraagt: “Mag ik een glaasje prik?” Even later komt hij terug en zegt: “Oh, en doe er ook maar gelijk een dweil bij…”
In het midden
Twee oenen lopen over straat. Vraagt de ene oen tegen de andere: “Mag ik in het midden lopen?”
Sinterklaas
Sinterklaas en de Kerstman zitten samen aan de bar. Zegt Sinterklaas tegen de Kerstman: “Geef mij maar een biertje!”
Zegt de Kerstman: “Ja daag, ik ben Sinterklaas niet!”
Rapport
Fonsje: “Ma, ik heb goed nieuws en slecht nieuws.” Moeder: “Vertel me eerst het goede nieuws maar.” Fonsje: “De school is afgebrand!” Moeder: “En het slechte nieuws?” Fonsje: “De rapporten zijn bewaard gebleven!”
Grijze haren
Jantje: “Mamma, waarom heb je van die grijze haren?” Mamma: “Dat komt omdat kindjes heel ondeugend zijn.” Jantje: “O, vandaar dat oma helemaal grijs is!”
Puree
Een aardappel komt een andere aardappel tegen en vraagt: “Wat kijk je sip?” Zegt de andere aardappel: “Mijn vader zit in de puree…”
Achtbaan
Er zitten twee kikkers in een achtbaan. Zegt de ene kikker tegen de ander: “Voel je je wel lekker?” Zegt de: ander: “Hoezo?” “Nou, je ziet nogal groen!”
Koekjes
Zegt de ene oen tegen de andere: “Als jij raadt hoeveel koekjes ik in mijn broodtrommel heb, dan mag je ze allebei hebben!
Boe
Twee koeien staan in de wei. Zegt de een tegen de ander: “Boe!” Zegt de ander: “Oh, ik had je al láng gezien hoor.”
Belletje trekken
Een politieagent loopt door een straat en ziet een klein meisje dat niet bij de bel kan. Behulpzaam als hij is helpt hij haar en drukt op de bel. Waarop het meisje zegt: “Bedankt! En nu moeten we heel hard wegrennen!”
Bad
Twee koeien zitten in bad. Vraagt de ene koe aan de andere: “Mag ik je washandje lenen?” De andere koe kijkt hem verbaasd aan en vraagt: “Waarom dan?” De koe antwoordt: “Ik krijg mijn vlekken er niet af!”
Alfabet
Jantje komt voor het eerst op zijn nieuwe school.
Vraagt de juf:
“Ken je het alfabet al Jantje?”
Zegt Jantje:
“Ja juf”
Vraagt de juf:
“Welke letters komen er na de A?”
Zegt Jantje:
“Alle letters juf
Ventilator
De meester vraagt aan de leerlingen een zin te bedenken waar het woord ventilator in voorkomt. Wim: “Als het warm is in de klas, zet de meester de ventilator aan.” “Goed zo, Wim. Nog iemand een voorbeeld?”, vraagt meester. Jantje denkt lang na en zegt dan: “Als je vroeg in de bioscoop bent, krijg je een betere plaats dan de vent die later komt!”
Schrijven
Elsje ging voor het eerst naar groep drie op de lagere school. Daar leer je lezen en schrijven. Na de eerste dag op school komt papa ook thuis van het werk en vraagt aan Elsje wat ze al geleerd heeft. “Nou,” zegt Elsje, “ik heb al leren schrijven”. “En wat heb je dan geschreven?”, vraagt papa. “Dat weet ik nog niet, want ik leer morgen pas lezen”.
Warm
Een olifant en een muis lopen over straat. De muis ziet dat de olifant zweet en zegt: “Als je het zo heet hebt, kom dan gewoon mijn schaduw staan!”
Huiswerk
Juf: “Jantje, heeft je vader je nu alweer geholpen met je huiswerk?” Zegt Jantje: “Nee hoor Juf, deze keer heeft hij het helemaal alleen gemaakt!”
Dino
Een man zit ’s ochtends vroeg in de trein en tegenover hem zit een dinosaurus. De man zegt: ‘dat zie je toch niet vaak: een dinosaurus in de trein’. Zegt de dinosaurus: ‘Kijk maar goed, want morgen is mijn brommer weer klaar’.
In bed
Er liggen twee bananen in bed. Zegt de één tegen de ander: ‘Hé, ga eens recht liggen’.
Stacaravan
Een oen op de camping ontdekt op een dag dat je in een stacaravan ook kunt zitten.
Kattenbak
Er lopen twee katten door de woestijn. Zegt de ene kat tegen de andere: ‘Wat een grote kattenbak!’
Achtervolging
Er lopen twee zandkorrels in de woestijn. Zegt de ene zandkorrel tegen de andere: ‘Volgens mij worden we achtervolgd!’
Dropjes
Marieke neemt elke dag een dropje voor de juf mee. Maar vandaag heeft ze er geen een mee. De juf vraagt: ‘Waarom heb je geen dropje mee?’ Antwoordt Marieke: ‘Mijn konijn is weggelopen’